hagerips

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Noors boekmaal (nb)

Naamval Enkelvoud Meervoud
  Onbepaald Bepaald Onbepaald Bepaald
Nominatief hagerips hageripsen hageripser hageripsene  
Genitief hagerips's hageripsens hageripsers hageripsenes

Manlik

Uitspraak

IPA: [˅haːgərɪps], bepaald: [˅haːgərɪpsən]; meervoud: [˅haːgərɪpsər], bepaald: [˅haːgərɪpsənə]

Selfstandige naamwoord

    Betekenisse

Rooi-aalbessie


Nieu-Noors (nn)

Naamval Enkelvoud Meervoud
Onbepaald Bepaald Onbepaald Bepaald
Nominatief hagerips hageripsen hageripsar hageripsane
Genitief hagerips's hageripsens hageripsars hageripsanes

Manlik

Uitspraak

IPA: [˅haːgərɪps], bepaald: [˅haːgərɪpsən]; meervoud: [˅haːgərɪpsar], bepaald: [˅haːgərɪpsanə]

Selfstandige naamwoord

    Betekenisse

Rooi-aalbessie