tho

Noord-Sotho (nso)

Naamval	Enkelvoud	Meervoud
Nominatief	motho	batho
Lokatief	go motho	go batho
Met besitskakels: tho (possessief)

Uitspraak

IPA: [ˈmoːtʰo], lokatief: [ɣoˈmoːtʰo]; meervoud: [ˈβaːtʰo], lokatief: [ɣoˈβaːtʰo]

Selfstandige naamwoord

    Betekenisse

1. Mens
2. Persoon
3. Iemand

Suid-Sotho (st)

Naamval	Enkelvoud	Meervoud
Nominatief	motho	batho
Lokatief	ho motho	ho batho
Met besitskakels: tho (possessief)

Uitspraak

IPA: [ˈmoːtʰo], lokatief: [ɦoˈmoːtʰo]; meervoud: [ˈbaːtʰo], lokatief: [ɦoˈbaːtʰo]

Selfstandige naamwoord

    Betekenisse

1. Mens
2. Persoon
3. Iemand

Tswana (tn)

Naamval	Enkelvoud	Meervoud
Nominatief	motho	batho
Lokatief	go motho	go batho
Met besitskakels: motho (possessief)

Uitspraak

IPA: [ˈmoːtʰo], lokatief: [χoˈmoːtʰo]; meervoud: [ˈbaːtʰo], lokatief: [χoˈbaːtʰo]

Selfstandige naamwoord

    Betekenisse

1. Mens
2. Persoon
3. Iemand