stichten

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Nederlands (nl)

Uitspraak

Hulp:IPA: [stɪχtə(n)]
   
(lêer)
Stamtye
stichten stichtte gesticht  
Tydvorme
Persoon Teenwoordige Tyd Verlede Tyd
ik sticht stichtte
jij, u sticht
hij, zij, het sticht
wij, jullie, zij stichten stichtten
Gebiedende Wys Voltooide deelwoord Onvoltooide deelwoord
sticht gesticht stichtend
 

Werkwoord

Stig

    Eienskappe

Oorganklike werkwoord.
Hulpwerkwoorde Bedrywend Lydend
Onvoltooid worden
Voltooid hebben zijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Swakke werkwoord met agtervoegsel -te.