Gaan na inhoud

zwellen (vervoeging)

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.
Vervoeging van die bedrywende vorm van zwellen
Onbepaalde wys Kort Lank
Onvoltooid Teenwoordig zwellen te zwellen
Toekomend zullen zwellen te zullen zwellen
Voltooid Teenwoordig zijn gezwollen te zijn gezwollen
Toekomend gezwollen zullen zijn gezwollen te zullen zijn
Gebiedende wysAanvoegende wysOnvoltooide deelwoordVoltooide deelwoord
ev.
zwel
mv. verouderd
zwelt
zwellezwellendgezwollen
Aantonende wysenkelvoudmeervoud
Onvoltooideerstetweedederdeeerstetweedederde
ikjij, jeugij, gehij, zij, hetwij, wejulliezij, ze
Teenwoordige tyd (o.t.t.)zwelzweltzweltzweltzweltzwellenzwellenzwellen
Verlede tyd (o.v.t.)zwolzwolzwolzwoltzwolzwollenzwollenzwollen
Toekomende tyd (o.t.t.t.)zal zwellenzult/zal zwellenzult/zal zwellenzult zwellenzal zwellenzullen zwellenzullen zwellenzullen zwellen
Voorwaardelik (o.v.t.t.)zou zwellenzou zwellenzou(dt) zwellenzoudt zwellenzou zwellenzouden zwellenzouden zwellenzouden zwellen
Voltooideerstetweedederdeeerstetweedederde
ikjij, jeugijhij, zij, hetwijjulliezij
teenwoordig (v.t.t.)ben gezwollenbent gezwollenbent/is gezwollenzijt gezwollenis gezwollenzijn gezwollenzijn gezwollenzijn gezwollen
verlede (v.v.t.)was gezwollenwas gezwollenwas gezwollenwaart gezwollenwas gezwollenwaren gezwollenwaren gezwollenwaren gezwollen
toekomend (v.t.t.t.)zal gezwollen zijnzal/zult gezwollen zijnzult/zal gezwollen zijnzult gezwollen zijnzal gezwollen zijnzullen gezwollen zijnzullen gezwollen zijnzullen gezwollen zijn
voorwaardelik (v.v.t.t.)zou gezwollen zijnzou gezwollen zijnzou/zoudt gezwollen zijnzoudt gezwollen zijnzou gezwollen zijnzouden gezwollen zijnzouden gezwollen zijnzouden gezwollen zijn