Ostmarijisch

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Duits (de)

Selfstandige naamwoord

Naamval Enkelvoud
(sonder lidwoord) 		Enkelvoud
(met lidwoord)
Nominatief Ostmarijisch das Ostmarijisch(e)
Genitief Ostmarijisch des Ostmarijischen
Datief Ostmarijisch dem Ostmarijischen
Akkusatief Ostmarijisch das Ostmarijisch(e)

Onsydig

Wisselspelling

Oſtmarijiſch

Uitspraak

IPA: [ˈɔstmaˌriːjɪʃ]

    Betekenisse

Weide-Marijies, 'n Fins-Oegriese taal.

    Sinonieme

Wiesenmarijisch, Wiesenmari, Ostmari

    Vertalings

  Vertalings:    Ostmarijisch
Afrikaans: Weide-Marijies(af), Oostelike Marijies(af)
Engels: Meadow Mari(en), Eastern Mari(en), Low Mari(en)
Nederlands: Weide-Marisch(nl), Weide-Mari(nl), Oostelijk Marisch(nl), Oostelijk Mari(nl)
Ontsluit van "https://af.wiktionary.org/w/index.php?title=Ostmarijisch&oldid=190229"