Vietnamica

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Latyn (la)

Naamval Enkelvoud Meervoud
Nominatief Vietnamica Vietnamicae
Genitief Vietnamicae Vietnamicārum
Datief Vietnamicae Vietnamicīs
Akkusatief Vietnamicam Vietnamicās
Vokatief Vietnamica Vietnamicae
Ablatief Vietnamicā Vietnamicīs

Selfstandige naamwoord

Vroulik

Uitspraak

IPA: Afrikaanse Kerklatyn: [vijetˈnɑːmikɑ], meervoud: [vijetˈnɑːmiseː]
Italiaanse Kerklatyn: [vijetˈnaːmika], meervoud: [vijetˈnaːmitʃe]

    Betekenisse

Viëtnamese, inwoonster, vrou van Viëtnam.

    Vertalings

  Vertalings:    Vietnamica
Afrikaans: Viëtnamese(af)
Duits: Vietnamesin(de), Annamitin(de)
Engels: Vietnamese(en)
Frans: Vietnamienne(fr)
Nederlands: Vietnamese(nl)
Russies: вьетнамка(ru) (wjetnamka)
Sweeds: vietnamesiska(sv)
Turks: Vietnamlı(tr)