Gaan na inhoud

hakken

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.
Stamtye
hakken hakte gehakt  
Tydvorme
Persoon Teenwoordige Tyd Verlede Tyd
ik hak hakte
jij, u hakt
hij, zij, het hakt
wij, jullie, zij hakken hakten
Gebiedende Wys Voltooide deelwoord Onvoltooide deelwoord
hak gehakt hakkend
 
Hulp:IPA: [ˈɦɑkə(n)]
   
(lêer)
hak•ken
Hak

    Eienskappe

Oorganklike werkwoord.
Hulpwerkwoorde Bedrywend Lydend
Onvoltooid worden
Voltooid hebben zijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Swakke werkwoord met agtervoegsel -te.