Gaan na inhoud

maken

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.
Hulp:IPA: [ˈmakə(n)]
(lêer)
Stamtye
makenmaaktegemaakt  
Tydvorme
PersoonTeenwoordige TydVerlede Tyd
ikmaakmaakte
jij, umaakt
hij, zij, hetmaakt
wij, jullie, zijmakenmaakten
Gebiedende WysVoltooide deelwoordOnvoltooide deelwoord
maakgemaaktmakend
 
Maak
«Wat heb je gemaakt
Wat het jy gemaak?

    Eienskappe

Oorganklike werkwoord.
HulpwerkwoordeBedrywendLydend
Onvoltooidworden
Voltooidhebbenzijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Swakke werkwoord met agtervoegsel -te.