ontdekken (vervoeging)

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Nederlands (nl)

Vervoeging van die bedrywende vorm van ontdekken
Onbepaalde wys Kort Lank
Onvoltooid Teenwoordig ontdekken te ontdekken
Toekomend zullen ontdekken te zullen ontdekken
Voltooid Teenwoordig hebben ontdekt te hebben ontdekt
Toekomend ontdekt zullen hebben ontdekt te zullen hebben
Gebiedende wys Aanvoegende wys Onvoltooide deelwoord Voltooide deelwoord
ev.
ontdek
mv. verouderd
ontdekt
ontdekke ontdekkend ontdekt
Aantonende wys enkelvoud meervoud
Onvoltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij, ge hij, zij, het wij, we jullie zij, ze
Teenwoordige tyd (o.t.t.) ontdek ontdekt ontdekt ontdekt ontdekt ontdekken ontdekken ontdekken
Verlede tyd (o.v.t.) ontdekte ontdekte ontdekte ontdekte ontdekte ontdekten ontdekten ontdekten
Toekomende tyd (o.t.t.t.) zal ontdekken zult/zal ontdekken zult/zal ontdekken zult ontdekken zal ontdekken zullen ontdekken zullen ontdekken zullen ontdekken
Voorwaardelik (o.v.t.t.) zou ontdekken zou ontdekken zou(dt) ontdekken zoudt ontdekken zou ontdekken zouden ontdekken zouden ontdekken zouden ontdekken
Voltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
teenwoordig (v.t.t.) heb ontdekt hebt ontdekt hebt/heeft ontdekt hebt ontdekt heeft ontdekt hebben ontdekt hebben ontdekt hebben ontdekt
verlede (v.v.t.) had ontdekt had ontdekt had ontdekt hadt ontdekt had ontdekt hadden ontdekt hadden ontdekt hadden ontdekt
toekomend (v.t.t.t.) zal ontdekt hebben zal/zult ontdekt hebben zult/zal ontdekt hebben zult ontdekt hebben zal ontdekt hebben zullen ontdekt hebben zullen ontdekt hebben zullen ontdekt hebben
voorwaardelik (v.v.t.t.) zou ontdekt hebben zou ontdekt hebben zou/zoudt ontdekt hebben zoudt ontdekt hebben zou ontdekt hebben zouden ontdekt hebben zouden ontdekt hebben zouden ontdekt hebben
Onpersoonlijke lydende vorm ontdekt worden
Onvoltooid Voltooid
Teenwoordige tyd er wordt ontdekt er is ontdekt
Verlede tyd er werd ontdekt er was ontdekt
Toekomende tyd er zal ontdekt worden er zal ontdekt zijn
Voorwaardelik er zou ontdekt worden er zou ontdekt zijn
Lydende vorm ontdekt worden
Onbepaalde wys kort lank
Onvoltooid Teenwoordig ontdekt worden ontdekt te worden
Toekomend ontdekt zullen worden ontdekt te zullen worden
Voltooid Teenwoordig ontdekt zijn ontdekt te zijn
Toekomend ontdekt zullen zijn ontdekt te zullen zijn
Enkelvoud Meervoud
Onvoltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
Teenwoordig (o.t.t.) word ontdekt wordt ontdekt wordt ontdekt wordt ontdekt wordt ontdekt worden ontdekt worden ontdekt worden ontdekt
Verlede (o.v.t.) werd ontdekt werd ontdekt werd ontdekt werdt ontdekt werd ontdekt werden ontdekt werden ontdekt werden ontdekt
Toekomend (o.t.t.t.) zal ontdekt worden zult ontdekt worden zult ontdekt worden zult ontdekt worden zal ontdekt worden zullen ontdekt worden zullen ontdekt worden zullen ontdekt worden
Voorwaardelik (o.v.t.t.) zou ontdekt worden zou ontdekt worden zou/zoudt ontdekt worden zoudt ontdekt worden zou ontdekt worden zouden ontdekt worden zouden ontdekt worden zouden ontdekt worden
Voltooid eerste tweede derde eerste tweede derde
ik jij, je u gij hij, zij, het wij jullie zij
Teenwoordig (v.t.t.) ben ontdekt bent ontdekt bent/is ontdekt zijt ontdekt is ontdekt zijn ontdekt zijn ontdekt zijn ontdekt
Verlede (v.v.t.) was ontdekt was ontdekt was ontdekt waart ontdekt was ontdekt waren ontdekt waren ontdekt waren ontdekt
Toekomend (v.t.t.t.) zal ontdekt zijn zult ontdekt zijn zult ontdekt zijn zult ontdekt zijn zal ontdekt zijn zullen ontdekt zijn zullen ontdekt zijn zullen ontdekt zijn
Voorwaardelik (v.v.t.t.) zou ontdekt zijn zou ontdekt zijn zou/zoudt ontdekt zijn zoudt ontdekt zijn zou ontdekt zijn zouden ontdekt zijn zouden ontdekt zijn zouden ontdekt zijn