Gaan na inhoud

rijden

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.
Hulp:IPA: ['rɛɪ̯də(n)]
Stamtye
rijdenreedgereden  
Tydvorme
PersoonTeenwoordige TydVerlede Tyd
ikrijdreed
jij, urijdt
hij, zij, hetrijdt
wij, jullie, zijrijdenreden
Gebiedende WysVoltooide deelwoordOnvoltooide deelwoord
rijdgeredenrijdend
 
Ry; met voertuig of rydier voortbeweeg
«Hij is naar Kaapstad gereden»
Hy het Kaapstad toe gery.
«Er wordt daar hard gereden
Daar word hard gery.

    Eienskappe

Werkwoord van beweging.
By ongerigte beweging: inergatiewe werkwoord met hebben as hulpwerkwoord van die voltooide tye.
By gerigte beweging: ergatiewe werkwoord met zijn as hulpwerkwoord van die voltooide tye.
Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Sterke werkwoord van klas een.