zien

Vanuit Wiktionary, die vrye woordeboek.

Nederlands (nl)

Stamtye
zien zag gezien  
Tydvorme
Persoon Teenwoordige Tyd Verlede Tyd
ik zie zag
jij, u ziet
hij, zij, het ziet
wij, jullie, zij zien zagen
Gebiedende Wys Voltooide deelwoord Onvoltooide deelwoord
zie gezien ziend
 

Uitspraak

Hulp:IPA: [zin]
   
(lêer)

Woordafbreking

zien

Werkwoord

    Betekenisse

Sien

    Eienskappe

Oorganklike werkwoord.
Hulpwerkwoorde Bedrywend Lydend
Onvoltooid worden
Voltooid hebben zijn

Die voltooide deelwoord kan attributief gebruik word.
Sterke werkwoord van klas vyf. Die werkwoord het onreëlmatighede deurdat die [h] in zi[h]en in sommige vorme verdwyn het en in ander vorme [g] geword het.